De aanwezigheid van dubbele of onnodige gegevens, waardoor een bestand te groot of onbruikbaar wordt. Redundantie wordt ook gebruikt voor het corrigeren van fouten.
De wijze waarop gegevens een systeem binnenkomen en worden verwerkt, gebruikt, opgeslagen en uitgevoerd. (Workflow beschrijft het proces.)
DFD, diagram dat uitbeeldt hoe gegevens door een systeem of verbinding lopen.
De structuur van de relaties tussen bestanden in een database en tussen data-elementen binnen elk bestand, weergegeven in een DSD.
De manier waarop volgens een bepaald protocol opgeslagen gegevens benaderd moeten worden.
Het soort gegeven, bijvoorbeeld binary, character, integer, floating-point, logic.
De controle op ingevoerde gegevens die wordt uitgevoerd om te verifiëren of de gegevens in elk veld aan de specificaties voldoen.
Een veld van een record waarin gegevens worden geplaatst, geen opdrachten.