Er zijn 3 definities.
Elektronische schakelfunctie waarmee een beheerder een netwerk kan configureren; poorten omschakelen.
Groep poorten in een pool.
De naam van een poort in DOS bijvoorbeeld: COM1..4.
Het aftasten van TCP/IP-poorten met ping en trace om te zien of er een is die open staat en gebruikt kan worden om binnen te komen.
Een elektrische schakeling die of logisch element dat aan de uitgang een ‘1’ produceert als alle ingangen ‘1’ zijn, anders een ‘0’.
De nu meestal virtuele poort gebruikt voor communicatie.
Ingang/uitgang van de computer. Meestal heeft een computer twee COMpoorten. Vaak wordt één voor de muis en één voor een modem gebruikt. Zie ook SERIAL.
Twee toegangspaden, bijvoorbeeld in een systeem met twee processoren.