Regels die aangeven hoe gegevens moeten worden weergegeven; ook gebruikt in GPRS voor het combineren van tijdsloten om een hogere doorvoersnelheid te realiseren.
Wiskundige theorie betreffende de codering van tekens voor communicatie, onderdeel van de informatietheorie.
Winst behaalt door een betere vorm van coderen, bijvoorbeeld H.264 vergeleken met MPEG-2.
Bijnaam voor een programmeur.
Zn Codenummer van een foutmelding.
In een codepage, een code waaraan een grafisch teken wordt toegekend, bijvoorbeeld in Ansi of Unicode.
Codec, elektronica en software die analoge audio- en/of videosignalen omzet in digitale, en omgekeerd; meestal met compressie/decompressie.
Er zijn 5 definities.
Het proces van het versleutelen van informatie die wordt verstuurd via een netwerk. Codering zorgt ervoor dat gegevens alleen toegankelijk zijn voor bevoegde gebruikers. Gegevens kunnen op twee manieren worden gecodeerd: via speciale software en via codering op microchipniveau. De eerste methode wordt veel gebruikt en is eenvoudig te installeren. De hardwaremethode is moeilijker te implementeren, maar werkt sneller en geeft een betere beveiliging tegen decoderen.
Tekens gecodeerd voor een bepaalde norm, bijvoorbeeld UTF-8, 16 of 32 (Unicode).