Het ontwikkelen, testen, installeren en beheren van toepassingen.
Een verzameling toepassingen, bijvoorbeeld Office.
Een programmatische gateway, die een of meer toepassingen op een intern netwerk beschermt, een soort firewall.
Een direct toegankelijk deel van het geheugen dat beschikbaar is voor een toepassing om snel informatie in op te slaan.
Het beheer van de geïnstalleerde toepassingen.
Het distribueren van toepassingen aan gebruikers of gebruikersgroepen.
Programma dat een toepassingsprogramma bouwt aan de hand van definities, specificaties en programmatische bouwstenen.
Het lettertype (font) gebruikt in een toepassing.
Persoon die toepassingen ontwikkelt met gereedschappen of een ontwikkelomgeving.